Echt doen wat nodig is met cijfers
De laatste jaren gaat het in de jeugdhulp vaak over data, over cijfers die een ware schat zouden kunnen zijn voor politici en beleidsmakers. Bij Buurtzorg Jong zijn we het daarmee eens, maar zien we ook in dat je zelfs met die schat aan cijfers én een geweldige data-analyst nog steeds het schip de verkeerde kant op kunt sturen. Want als je de cijfers, de beleidsmakers en de mensen over wie de cijfers gaan niet bij elkaar brengt, dan kan je met de beste wil van de wereld niet weten wat de cijfers betekenen. Bij Buurtzorg Jong zijn we samen met de gemeenten waarvoor we werken voortdurend aan het leren. Stap voor stap hebben we met elkaar ontdekt hoe we die informatie steeds beter kunnen gebruiken. Daarom vonden we het leuk om eens iets te delen over hoe we dit nu aanpakken.
Informatie verzamelen
Onze teams in de gemeenten Zaltbommel, Zeist, Tiel en Oude IJsselstreek verzamelen ieder half jaar zelf cijfers over hun werk. Daarvoor gebruiken we allerlei bronnen:
- Cijfers van het CBS, cijfers van de gemeente en cijfers vanuit de systemen waarin we werken
- Vaak doen we daarnaast uit eigen interesse of naar aanleiding van vragen van gemeenten ook een klein intern onderzoek dat wat cijfers oplevert.
- Verder hebben we ook cijfers, tips en complimenten vanuit het cliënttevredenheid interview dat we bij ieder gezin afnemen.
- Daarnaast halen we ideeen op vanuit een klankbordgroep (van jeugdigen en ouders) die bereid is om mee te denken over de jeugdhulp.
- Dan zijn er nog de lessen die we leren vanuit jeugdigen of ouders die hebben laten weten dat ze ergens ontevreden over waren.
- Ten slotte beschrijven we de trends die ons opvallen, ontwikkelingen in de hulpvragen die aan ons gesteld zijn en casusvoorbeelden vanuit de praktijk.
Dit bundelen we allemaal in een verslag. Elk half jaar een wat korter voortgangsverslag en elk jaar een wat uitgebreidere terugblik op het afgelopen jaar.
Geen beleidsfunctionaris
We hebben geen beleidsfunctionaris die dit verslag schrijft. Het wordt geschreven in de teams zelf, met ondersteuning vanuit de organisatie. In een brainstormsessie verzamelen we de zaken die de gemeente en wijzelf belangrijk vinden en dit werken we vervolgens uit. Ook de betrokken beleidsambtenaar van de gemeente denkt mee. In het verslag duiden we niet alleen de cijfers, maar beschrijven we ook hoe we zelf kunnen reageren op de cijfers en welke adviezen we meegeven aan de gemeente. In dit lerende proces zijn we voortdurend samen met de gemeente aan het afstemmen. Soms voegen we wat cijfers toe waar behoefte aan is of halen we juist iets weg wat ons niet zoveel zegt. Soms diepen we bepaalde onderwerpen op eigen initiatief of op verzoek van de gemeente wat verder uit.
Het verhaal van de betrokkenen
Voorbeelden vanuit de praktijk maken een heel belangrijk onderdeel uit van dit verslag. Soms zoeken we een voorbeeld helemaal uit. Daarbij speelt het verhaal van de betrokken gezinsleden én professionals een belangrijke rol. Op deze manier ontdekken we wat er goed gegaan is en welke lessen we kunnen leren.
In gesprek met de betrokken ambtenaren en raadsleden
Als het verslag af is, dan delen we het met de beleidsambtenaren, gemeenteraad en verantwoordelijke raadscommissie. Vaak nodigen zij ons daarna uit om er ook op dat niveau nog eens over te sparren. Dit leidt tot levendige gesprekken die ergens over gaan! Dat is niet alleen heel verhelderend voor de betrokken beleidsmakers en raadsleden, maar het is zeker ook zinvol voor onze professionals om op dat niveau mee te denken.
Voorbeelden uit de praktijk
- Zo ontdekten we bijvoorbeeld in Zaltbommel dat veel jongeren die een steuntje in de rug nodig hadden om zelfstandig te worden (maar niet zo erg vastliepen dat ze specialistische jeugdhulp nodig hadden) nergens in de buurt terecht konden. Daarom hebben we samen met de gemeente en de woningcorporatie een klein jongerenhuis opgericht in Zaltbommel waar jongeren uit de gemeente met hulp vanuit Buurtzorg Jong én het jongerenwerk leren om zelfstandig te worden.
- In Oude IJsselstreek zagen we een toename van ouders en scholen die zich zorgen maakten over de weerbaarheid van kinderen. Daarom hebben we in gezamenlijk overleg georganiseerd dat er ieder half jaar een weerbaarheidscursus is waar basisschoolkinderen uit de gemeente gratis aan kunnen deelnemen.
- Zowel in Zaltbommel als in Oude IJsselstreek zagen we ouders die worstelden om het ouderschap goed te organiseren na een scheiding of relatiebreuk en hun kinderen die lastig kunnen omgaan met de nieuwe situatie. We hielpen deze gezinnen individueel, maar zagen er ook de kracht van in om de kinderen met elkaar in contact te brengen. Daarnaast waren we op zoek naar effectief bewezen methoden voor deze doelgroep. Daarom zijn we aan de slag gegaan om groepsaanbod voor kinderen (KIES) en een oudertraining (Family Transitions) over dit onderwerp te organiseren.
- In Zaltbommel zagen we dat de ene huisarts vaak verwees naar onze teams en de andere juist helemaal niet. Door in gesprek te gaan met de huisartsen ontdekten we hoe we elkaars krachten nog beter kunnen benutten en zo namen de verwijzingen over en weer toe.
Zijn we er dan al helemaal?
Nee, nog niet. We zijn voorlopig met de gemeenten waar we mee samenwerken nog aan het leren welke cijfers en verhalen nu echt zinvol zijn. Zinvol om daadwerkelijk jeugdigen en gezinnen nog betere preventie en jeugdhulp te kunnen bieden.